Homeies
In de loop van de achttiende en negentiende eeuw lieten rijken boeren hun oprijlaan verfraaien met een toegangshek of homeie. Deze waren vervaardigd van siersmeedwerk of van de duurdere houtsoorten.
In de loop van de achttiende en negentiende eeuw lieten rijken boeren hun oprijlaan verfraaien met een toegangshek of homeie. Deze waren vervaardigd van siersmeedwerk of van de duurdere houtsoorten.
4 juli, 2023
Deel pagina
Beke Hendriksma
3 min leestijd
De praktische functie van een hek bij boerderijen is om het vee op het erf te houden. Bovendien werd hiermee de perceelgrens afgebakend. In de negentiende eeuw treffen we bij de meeste boerderijen een toegangshek aan. Bij kleinere boerderijen kon dat een geschilderd weidehek zijn als afgrenzing van het boerenerf. Meestal stond het hek bij de boerderij open; bezoekers waren welkom.
Oorspronkelijk werden hekken van lokale houtsoorten gemaakt. Er zijn ook nu nog sobere houten hekken. Van een bepaalde type hek maakte de lokale timmerman meerdere exemplaren, De meeste oude hekken die bewaard zijn gebleven, zijn van smeedijzer of gietijzer. Engeland, het land van de Industriële Revolutie, liep voorop in het maken van gietijzeren hekken. In de negentiende eeuw moeten er hekken in brochures hebben gestaan, waaruit een boer kon kiezen. Het smeedijzeren hekwerk werd getransporteerd als retourvracht van schippers die met kaas en boter op Engeland voeren. In de tweede helft van de negentiende eeuw kon Haags ijzerwerk worden uitgezocht, afkomstig van de ijzergieterij en machinefabriek De Prins van Oranje te ’s-Gravenhage.
Een hek moet worden opgehangen aan hekpalen (homeie). Deze palen kunnen van hout, gietijzer, beton of steen zijn. Gietijzeren hekpalen waren het kostbaarst en gaven meer aanzien. Soms werd in het hekwerk symboliek verwerkt die herleid kan worden tot Germaanse of Christelijke mythologie. De bekroning op veel dampalen is de pijnappel, een oud vruchtbaarheidssymbool.
Het erf van boerderijen is in de meeste gevallen omgeven door een gracht of sloot. De toegang bevindt zich vaak op een overkluisde dam, zoals ook bij de meeste stinzepoorten het geval is. Van de vormgeving is nauwelijks iets bekend. De meeste homeien waren van hout en daardoor snel aan verval onderhevig. Dat tijdelijke karakter wordt op een tekening van Ids Wiersma uit 1915 prachtig weergegeven. De houten homeie aan de Lemsterweg te Sneek staat verloren afgebeeld in een stuk ondergelopen land. De palen worden afgedekt door een piramide en aan de zijkant gesteund door een smal hek met ojiefvormige (golvende) beëindiging.
In de beeldbank van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed bevinden zich nog enkele foto’s van verdwenen houten toegangshekken, zoals het hek te Goënga. Verder zijn er uitsluitend negentiende-eeuwse, meestal gietijzeren toegangshekken bewaarde gebleven. De kolommen zijn bijna in alle gevallen verplaatst om de doorgang te verbreden in verband met bredere landbouwvoertuigen.
De boerderijenstichting Fryslân wil door middel van een publicatie in boekvorm over het culturele erfgoed op het Friese boerehiem aandacht vragen bij eigenaren, het publiek en overheden voor dit fenomeen. Hopelijk kan daarmee worden voorkomen dat in de toekomst nog meer van deze juweeltjes gaan verdwijnen. Bovendien wordt aandacht besteed aan de inrichting van het boerenerf en het levend erfgoed.
Bron: Cultureel erfgoed op it Fryske Boerehiem (Rudolf Jan Wielinga en Wiebe Hoekstra)
Een handboek vol praktische tips bij de aan- en verkoop van een huis.